Bouw een tent en vind jezelf steeds opnieuw uit

januari 7, 2019
Geen reacties

Van topsporters kun je veel leren. Ambitie bijvoorbeeld en doorzettingsvermogen. En het antwoord op de vraag: hoe om te gaan met tegenslagen. De meeste sporters halen echt niet in één keer de Olympische Spelen, laat staan de gouden medaille. Daar is iets heel anders voor nodig dan alleen ‘je best doen’ en ‘doorgaan’.

Veel Nederlanders kampen met een burn-out kopte de Volkskrant dit weekend. Omdat we allemaal ons best doen om kampioen in iets -of voor iemand- te zijn. Of juist voor veel mensen. We lachen op Facebook en Instagram, zo blijkt uit onderzoek, veel vaker, langer en harder dan in ons echte leven. Daar kunnen we somber zijn en vastzitten en geen contact meer hebben met wie we werkelijk zijn en wat we zelf graag zouden willen (doen). Of we hebben er wel contact mee maar denken dat het onmogelijk is om onze eigen waarden en eigen wensen en verlangens en dat wat we echt belangrijk vinden, wat er toe doet voor onszelf, te realiseren.

We hebben, of nemen, geen tijd om stil te staan. En juist dát is het wat ik uit de topsport zo heb geleerd: de hersteltijd is nog belangrijker dan de trainingstijd zegt Sven Kramer (drievoudig olympisch kampioen en negenvoudig Europees kampioen). In een interview zegt Sven: ‘slapend heb ik het goud gehaald’. Hij bedoelde daarmee dat de uitrusttijd die hij telkens nam en waarin hij herstelde, de sleutel was om beter te zijn dan zijn tegenstanders en daarmee de sleutel naar alweer een gouden medaille……!

Yuval Noah Harari schrijver van de bestsellers Sapiens en Homo Deus, zegt in zijn boek ’21 lessen voor de 21e eeuw’ dat de ontwikkelingen van de tijd waarin wij leven enorm zijn en alleen maar zullen toenemen.

Allemaal worden we opgeslurpt door zaken waaraan we moeten voldoen of die we bij moeten houden. We richten ons daarbij op de buitenwereld; ons werk, onze carrière, onze vrienden, onze naaste omgeving, op überhaupt ‘anderen’. En de voldoening lijkt nooit te komen. Het to-do lijstje is nooit af. De stroom van mails die binnenkomt oneindig en de besprekingen waaraan we geacht worden deel te nemen is immens. We zijn, druk, druk, drukker. En nooit klaar. Af. Voldaan. Op het moment waarop we denken te begrijpen hoe het dan wel kan, heeft er zich alweer een ontwikkeling voorgedaan waardoor het toch allemaal net weer even anders moet. Of ontdekken we dat de werkelijkheid toch allemaal net weer even anders in elkaar steekt dan we dachten en geloofden. Harari kijkt daarbij naar de samenleving als geheel, maar het is niet moeilijk om dat zelfde beeld te herkennen in je eigen leven, je werk- en privé situatie.

Hoe houden we het allemaal bij in een tijd waarin ontwikkelingen zich in een ras tempo, een steeds hoger tempo, voordoen en wij denken mee te moeten. Hoe dan?

Vlak voor het kerstreces stond ik met een bestuurder in een coachgesprek stil bij de vraag: ik vind mijn werk ontzettend boeiend en leuk, maar hoe voorkom ik dat ik me moe blíjf voelen en krijg ik alles wat ik moet doen in die 24 uur die een dag maar heeft, gedaan? We hebben er om kunnen lachen, om deze vraag. Door er alleen al even bij stil te staan en te kijken naar de vraag die zo voor ons lag. Ik herkende meteen een eigen situatie van jaren geleden waarin ik dezelfde gekke ontdekking deed; ik hield van mijn werk maar vond er wel één nadeel aan kleven: ik was altijd druk, druk en kwam ook steevast (veel) tijd te kort. Toen ik in een december maand in mijn nieuwe agenda allereerst de meetings noteerde waaraan ik in het nieuwe jaar moest deelnemen, zag ik direct dat dat diezelfde meetings alleen al 80% van mijn tijd opslorpten. Om alle acties die daaruit zouden voortkomen te kunnen realiseren bleef er dus 20% werktijd over. Maar ik had ook nog een leidinggevende positie en stuurde rechtstreeks 80 professionals aan. “Wanneer zou ik dat dan kunnen doen? ’s nachts…?” riep ik vertwijfeld uit. Om nog maar niet te spreken van de verwachtingen van mezelf buiten mijn werktijd om. Ik was moeder van vier kleine kinderen in die tijd en had al een werkshift erop zitten wanneer ik op m’n werkplek arriveerde. En evenzo zouden er thuis nog twee werkshifts volgen. HOE DAN?

De bestuurder kon hartelijk lachen om de eigen queeste toen die daar zo stil op tafel lag nadat de vraag was uitgesproken.

Samen herinnerden we ons de top-sporters en hun hersteltijd. Door daarna te onderzoeken hoe de hersteltijd kan worden ingebed in het leven van deze bestuurder leverde mooie handvatten op. Niet per direct. Niet meteen. Niet met open armen….

Terwijl de antwoorden zo logisch lijken (Sven Kramer en zijn gouden sleutel van ‘slapen en herstellen’ op weg naar de winnende gouden medaille, ze lijken -als je het zo hoort- ook zo voor de hand te liggen). Toch introduceren we diezelfde voor de hand liggende sleutels niet zomaar en niet zo gemakkelijk in ons eigen leven.

Bij mij kan dat niet’  hoor ik mijn klanten dikwijls uitroepen. Of: ‘ja maar dat past niet in mijn baan’. Of: ‘nee, dat kan ik in mijn werk echt niet voor elkaar krijgen’ Of: ‘bij ons op kantoor zouden ze dan allemaal denken dat ik gek geworden ben, dat zouden ze idioot vinden’.

We hebben allemaal onze vast patronen waaraan we vasthouden. Vasthouden om vol te houden.

En we houden ons daaraan vast omdat het onze manier is die we in de ratrace als ‘oplossing’ hebben gevonden als oplossing om erbij te horen, om te voldoen, om niet door de mand te vallen, om niet tegen te vallen….. voor iets of iemand. Want erbij horen, mee mogen doen, voldoen aan de norm, aan de eisen van iets of iemand, geeft veiligheid. En veiligheid is ons diepste verlangen. Erbij horen en veilig zijn komt uit een diepe bron, is onze eerste levensbehoefte.

Dus onze aanpak, onze oplossing, geven we niet zomaar op….

Totdat we stil gaan staan.

De tijd nemen.

De tijd nemen om te kijken.

Te kijken naar de vraag die we ons zelf stellen: hoe houd ik dit vol op een manier die echt bij mij past. Past bij mijn waarden. Op een manier die ik waardevol vind.

Stil staan is de eerste stap. Stil staan in plaats van doorrennen en denken dat je geen tijd hebt om hierbij stil te staan. Het coachgesprek met de bestuurder nam minder dan een uur in beslag. De manier waarop zij bij vertrek naar de vraag keek, was echt een andere. En het antwoord vond ze in meer dan één aanpak.

Harari confronteert ons in zijn boek ’21 lessen voor de 21e eeuw’ met een out format, een oud beeld of frame, wat we hanteren om stevig te staan in deze turbulente tijd die alles van ons lijkt te vragen. Harari laat ons zien dat we dikwijls voor onszelf een leven voor ons zien dat staat als een huis. Een huis wat stevig gebouwd is op een krachtig en diep fundament. Vul zelf dit beeld maar eens voor jezelf in.

Dat beeld van het stevige huis met het nog meer stevige fundament om de wereld aan te kunnen, moet we loslaten volgens Harari en vervangen door het beeld waarin we een tent leren bouwen. Een tent die we opzetten om ook heel snel weer te kunnen oppakken om ergens anders neer te strijken. Laat je vastzittende ideeën (van hoe het kan en moet) los en wees bereid om jezelf steeds opnieuw weer uit te vinden.

Daarvoor is stilstaan een mooie eerste stap. Harari doet dat zelf door twee uur per dag te mediteren. Nee, hij heeft ook niet de tijd net als jij. Staat gewoon eerder op en plukt de vruchten daarvan. Plus die van het mediteren.

  • Leer stil te staan.
  • Leer te kijken.
  • Verheug je op elke queeste die je voor je legt.
  • En ontdek de eerste antwoorden die uit jezelf naar boven komen bij het zien van de vraag.
  • Verheug je daarna (als je de moed hebt om nog langer stil te blijven staan) op alle andere inzichten die zullen volgen.

Even praktisch nu. Een paar tips:

  1. Leer mindful te zijn. Volg een training (of lees een boek en leer het jezelf. Al is dat minder effectief). Nog beter: doe mee aan de Masterclass ‘How to Focus’ en leer in een paar eenvoudige stappen Mindfulness of Presence te zijn: Present in het HIER en NU. Wakker en AAN. Leer hoe je daarmee je dag start en eindigt en je hiermee een groot verschil kunt maken.
  2. Sta regelmatig stil. Bepaal zelf wat die regelmaat is. En weet dat wanneer je die afspraak niet maakt met jezelf, het stil staan er nooit van zal komen; geen tijd voor.
  3. Maak van het stil staan een werkattitude, een werkhouding voor jezelf. Kijk niet wanneer je vrij-af kunt nemen om stil te staan. Die mogelijkheden zullen zich nauwelijks voordoen wanneer je in je drukke agenda kijkt. Maar gek genoeg werkt het heel anders uit wanneer je in je agenda vooraf regelmatig (ik doe dat 1 x per 6 weken voor een hele week) een week afblokt. Nu lukt je dat misschien nog voor dit voorjaar, maar vast nog in het najaar. In dat laatste geval is dat geen probleem. Dan weet je dat je een druk voorjaar zult hebben waarin je nog in de ratrace zit, maar je in het najaar gaat starten met een andere houding: om de zes weken een week geblokt. in die week hoef je niet vrij-af te nemen, vakantiedagen te plannen. Je kunt in die geblokte week de tijd nemen om stil te staan, naar binnen te kijken bij jezelf, een of meerdere queeste beantwoorden, een beleidsstuk schrijven, om tien uur beginnen (thuis werken?) aan dat stuk en dan in een mooie focus doorwerken en op tijd stoppen en je voldaan voelen (vaak over de diepgang die je weer hebt hervonden). Maak vooral geen to-do lijstje voor deze geblokte week. Het gaat om: rusten, tot rust komen, uit de rat race stappen en de tijd nemen om te kijken, je te verwonderen, stil te zijn en te ervaren wat er boven komt. Houd in die week ook de avonden vrij en wees stil. Kijk bijvoorbeeld ook geen televisie. Luister naar jezelf.
  4. Leer mediteren. Leer ‘de dingen zien zoals ze werkelijk zijn’. Verdiep je in de betekenis en waarde van het mediteren en leer begrijpen dat je een houding, een attitude en stijl van leven krijgt aangereikt door middel van het mediteren. Stil en bevrijdend. Nodig: toewijding en discipline. Vipassana yoga is een yoga-manier van zelftransformatie door zelfobservatie. Je focust op de diepe verbinding tussen je lichaam en geest. En het leert je op deze manier een tentbouwer te worden in plaats van de huizenbouwer die zich toelegt op de stevigheid ervan en de stevigheid van het fundament. Een frame -een vastzitten- wat niet meer toereikend is in deze tijd. Gun jezelf een ontwikkeling. Gun jezelf een persoonlijke ontwikkeling. Gun jezelf te transformeren keer op keer en Aanwezig te Zijn bij elke uitdaging waarvoor je staat of komt te staan.
  5. Leg de lat hoog en werk met de gouden sleutel van de hersteltijd die we van de topsporters leerden. Door stil te staan, stil te blijven staan, langer stil te zijn en je te verwonderen over de antwoorden de transformaties die uit jezelf naar boven komen en daarmee in contact te zijn. Dat geeft een nieuw soort zelfvertrouwen en kracht waarmee je elke verwachting en ontwikkeling kunt beantwoorden. Vind jezelf voortdurend opnieuw uit.
  6. “Wees realistisch. We komen voort uit evolutie en gaan in deze tijd als mens zo’n 80 a 90 jaar mee. Dan is het (materiaal waaruit we bestaan) op, is het gedaan. dan is het tijd geworden voor de volgende generatie. Dan is het aan hen”. Aan het woord (in de DWDD college van 2 januari jl.) Hans Clevers; geneticus, als hoogleraar verbonden aan het UMCU en van 2012 – 2015 als president verbonden aan de Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen. Leer te leven met eindigheid. Neem het op in je bewustzijn. Door jezelf alleen maar te framen op ‘steeds beter en langer en mooier’ bouw je aan een irrealistisch beeld.
  7. Accepteer dat het leven je niet altijd goed laat voelen, bij het leven horen net zo goed de fasen en periodes en situaties waarin je je miserabel voelt, bedrogen, boos of bang of eenzaam. Leer ook te begrijpen dat ‘alles is mogelijk’ niet realistisch is. Leer je eigen kwaliteiten en schaduwen kennen (bijvoorbeeld door zelf-onderzoek. Ben ik een lange-afstand-zwemmer of juist een sprinter. Ben ik meer een kleine zeilboot, een één- of tweemaster of juist een oceaanstomer). En vertrouw daarop, op dat wat je werkelijk bent of blijkt te zijn. Vertrouw niet op iets wat helemaal niet bij je past, op iets wat jij helemaal niet bent. Stel het jezelf voor: wie en wat je bent en welke waarden van jou zelf zijn, vorm je daar een beeld van. Dat geeft kracht en rust tegelijkertijd.

Je zou dus, met een knipoog naar Harari, kunnen zeggen: vind jezelf steeds opnieuw terug.