Oefening: onderzoek vanuit een lege mind, vanuit present zijn

mei 7, 2025
Geen reacties

In plaats van oplossen. Omdat angst de drijfveer is van de druk die je voelt wanneer je iets wilt oplossen. En jouw open mind in het exploreren en onderzoeken, je meer laat zien.

Onderzoeken en waarnemen in de onderstroom.

Soms kan het zijn dat je blijft vastzitten in een probleem. Hoe vaak je ook probeert het op te lossen, hetzelfde probleem blijft maar terugkomen. Je krijgt stress en de neiging om er harder of fanatieker aan te werken. Misschien merk je ook dat je driftiger wordt in het zoeken zelf; je MOET eruit komen!  Maar wat als het antwoord juist ligt in verdiepen in plaats van oplossen? Wat als het nodig is om te navigeren van de bovenstroom naar de onderstroom. Dan is het nodig om te vertragen. Vertragen in plaats van harder en steeds stressvoller te werken.

De rust pakken en ruimte maken is nodig om goed te kunnen kijken en meer te gaan zien. Het hele probleem gaan zien en alles wat erbij hoort. De hele puzzel. Het hele systeem terwijl je ook de onderdelen ziet. Ook de verbindingen en de processen die een rol spelen. Dat is wat waarnemend onderzoeken je brengt.

Waarnemend onderzoeken helpt je niet om het probleem meteen te fixen, maar om het eerst écht te zien. In plaats van duwen en trekken, neem je afstand. Je zoomt uit. Je ziet niet één puzzelstukje, maar het hele patroon.

En dan gebeurt er iets. Niet de snelle oplossing, maar helderheid. Energie. Ruimte. De flow komt terug. Jij komt in beweging, niet door te forceren, maar door te onderzoeken en erkenning te geven aan dat wat je ziet. Erkenning geven aan dat wat je gevonden hebt en dat zonder oordeel aannemen. Precies zoals het is. Dan kan er ontspanning komen  vanuit het inzicht en vanuit de contouren van dat wat je ziet.

Om waarnemend onderzoek te kunnen doen maak je gebruik van non-judging en  (zelf)compassie en van visualiseren. Hat zijn deze drie ijzersterke componenten die het waarnemend onderzoek ook echt tot een onderzoek maken. 

Hoe het werkt:

Kies een ruimte waar je niet gestoord zult worden en laat je telefoon en andere devices buiten. Ga rustig zitten en zorg voor materiaal waarmee je je probleem kunt noteren en kunt noteren wat je opbrengst is.

  • Start met het geven van aandacht aan je presence houding: Adem vier keer diep in en uit en zorg ervoor dat je uit-ademing net even één tel langer duurt dan je inademing. Laat je ademhaling daarna haar eigen natuurlijke ritme terugvinden. Voel hoe je rug gesteund wordt door de stoel waarop je zit en dat je lijf door de stoel gedragen wordt. Plaats je beide voeten in een gemakkelijke stand naast elkaar, in een gemakkelijke stand op de grond.
  • Noteer nu kort en bondig je probleem. Probeer de kern ervan op te schrijven: waar heb je last van. Of: waar loop je tegenaan. Noteer alleen de belangrijkste elementen die deel uitmaken van je vraagstuk.
  • Sluit je ogen en visualiseer dat je nu het probleem op tafel legt. Zie je probleem alsof het letterlijk voor je ligt. Stel je dan voor, visualiseer, dat je vijf stappen naar achteren doet. Je afstand tot het probleem wordt nu iets groter: vijf stappen.
  • Blijf zo even een minuut in stilte en zonder oordeel kijken naar je probleem. Op vijf stappen afstand. Je kunt daardoor nu zien wat het probleem is en uit welke elementen het bestaat. Stel dan de vraag: waar gaat dit over? Benoem hardop wat er allemaal in je opkomt. Ook wanneer dat nog wat aarzelend is. En voel in alle rust en zonder oordeel de sensaties je daarbij voelt.
  • Stel jezelf dan nogmaals de vraag: waar gaat dit over? En benoem ook nu weer hardop wat er in je opkomt. Geef ruim baan aan alles wat opkomt. En noem ook hardop de sensaties die je opmerkt. Geef jezelf ook nu weer voldoende tijd. Focus op een rustige ademhaling wanneer je spanning of opwinding voelt opkomen. Blijf zonder oordeel. Zo zie je meer. Laat de antwoorden jou vinden. Denk niet analytisch na. Als dat wel gebeurt keer dan met je aandacht weer terug naar je ademhaling. En gebruik je intuïtie.
  • Stel jezelf dan nogmaals (ja, de derde keer) diezelfde vraag: waar gaat dit over? Hier kun je als je dat helpt, een kleine nuance aanbrengen door te vragen: waar gaat dit echt over. Ook hier: houd rust. Blijf zonder oordeel. En blijf je intuïtie gebruiken.
  • Stel nu voor de vierde en laatste keer de vraag. Nu opnieuw met een kleine nuance: Waar gaat dit probleem dan eigenlijk over? Voel, proef aan je woorden of je hier de kern van je probleem hoort. Wanneer je voelt dat het antwoord nog echter, nog treffender kan volg dan je neiging om treffender te zijn. En blijf een paar tellen in stille aandacht bij dit antwoord. Heb geen oordeel.
  • Stel jezelf nu deze vraag: Wat is hier dan nodig? Voel en proef je woorden wanneer je het antwoord uitspreekt. Aarzel niet, vaak is wat t eerst opkomt raak. En neem op de achtergrond waar welke sensaties je ervaart.
  • Open nu je ogen en noteer wat je antwoord was op de vraag ‘wat is hier nodig?’

Noteer nu wat je hebt waargenomen vanaf de start.

Voor deze oefening is het van belang om jezelf eerst in een rustige en hoge kwaliteit van aandacht te brengen; in presence. En om voldoende tijd te nemen voor telkens weer die ene vraag. En voldoende tijd tussen de vragen te laten ontstaan. Zonder oordeel blijven en compassie hanteren is evenzo belangrijk. Omdat oordelen en het jezelf bekritiseren je ontdekkingen in de weg zullen staan. Je gevangen zet. Niet vrij om alles te zien.

De oefening met tweeën doen waarbij de één facilitator is en de ander de inbrenger van het probleem, kan de oefening verder verdiepen. En zo bijvoorbeeld bijdragen aan het openen van blinde vlekken of losmaken van vastzittende overtuigingen. Ook in intervisie setting is dit een effectieve techniek.

Ter overdenking: het antwoord op de vraag ‘wat is hier dan nodig?’ Is opvallend vaak het tegenovergestelde van dat wat je conditionering zou willen; je ego. Bij het binnen voelen komen van het antwoord kan dat tegelijkertijd daarom een irritatie geven. Het is immers precies wat je ego niet wil…..